Archief

Het gebeurt wel eens vaker en soms gaat het als volgt. Iemand mailt de werkgroep: ‘Ik zou graag willen weten waar de twee zusjes Rehorst begraven liggen die op 4 december 1918 en 10 december 1918 overleden zijn. Ik weet nog dat wij jaarlijks met mijn oma het kindergraf bezochten. Wij willen hen herdenken deze maand. Ik ben de achterachterkleindochter van zowel Pieter Rehorst, gehuwd met Pietertje van Kempen als van Job van de Velde gehuwd met Pietertje van Toledo. Beide echtparen liggen begraven op Maria Rust.’ 

Spaanse Griep
De zusjes waren de kleinkinderen van deze twee echtparen. Binnen een week (!) overleden ze beiden aan de Spaanse Griep.  De ouders van de kinderen waren Pieter Rehorst en Pietertje van de Velde.
Als kind bezocht dit achterachterkleinkind met haar oma het graf van de meisjes, waarop vermoedelijk ook een graftrommel stond. Ergens in de jaren 1970-1975 verdween de trommel: ‘Ik weet wel dat mijn oma zeer verdrietig was toen ze dat zag. Mijn opa en oma woonden destijds in Nieuwenhoorn, maar kwamen beiden uit Rockanje, vandaar de rustplaats van de meisjes op Maria Rust.’

Onvindbaar
De leden van de werkgroep kenden helaas geen zusjes Rehorst. Ook de overlijdensadvertenties gaven geen aanwijzing dat ze op Maria Rust begraven werden. Er moeten ongeveer veertig voorouders van het achterachterkleinkind dat ons mailde, op Maria Rust begraven zijn, maar waar ligt wie?

De twee overgebleven achterachterkleindochters kwamen een week geleden langs op Maria Rust en stonden daar lang stil bij de mooie granieten grafsteen van hun overgrootouders, Pieter Rehorst en Pietertje van Kempen.

Speurtocht
Verder kwamen we niet, maar dankzij de speurtocht van een behulpzame ambtenaar denken we nu dat Pietertje van Kempen als eerste overleed, op 25 augustus 1906. Zij ligt in graf B38 onderin. Als tweede komt te overlijden: Jobje Neeltje Hendrieka Rehorst, op 4 december 1918; zij ligt in graf B38 A (achter). Als derde komt te overlijden Pietertje Jacomijntje Lena, zij ligt in graf B38 boven. Waarschijnlijk heeft men het nog verse graf van haar zusje niet opnieuw willen openen. Als vierde komt daarna te overlijden: Pieter Rehorst, op 5 augustus 1930, hij ligt in graf B38A boven. De grafsteen Pietertje van Kempen en Pieter Rehorst staat op graf B38. De graftrommel stond op graf 38A aan het middenpad. De boom, die op een foto van het graf te zien is, staat er ook in 2018 nog: de taxus.

Verdriet
Niet iedereen heeft iets met grafstenen, maar het is altijd weer fijn om te merken dat we mensen een plezier kunnen doen door de plek aan te wijzen waar hun familieleden ooit begraven zijn. En waar ze vaak genoeg jeugdherinneringen aan hebben: aan de grafbezoeken, aan het verdriet van de familie – waar destijds vaak niet over gesproken werd. Het verdriet over de twee zusjes Rehorst brengt de geschiedenis van de Spaanse Griep verrassend dichtbij. Een geschiedenis die de nabestaanden nog steeds bezighoudt.

Bloemen
Zo konden de achterachterkleindochters bij hun bezoek de bloemen ter herdenking van de overleden zusjes eerst niet op de goede plek neerleggen. Naderhand bleek die dus toch te achterhalen. Zodoende kwamen de bloemen alsnog op de juiste plaats terecht: op het granieten grafmonument van hun overgrootouders, B38.
.