Archief
2013 Maria Rust: Voor en na de restauratie
ArchiefArtikel in Struinen 2013 (27), nr. 2, pp 10-19.
Korrie Korevaart
Voordat we alles zijn vergeten, is het nuttig de dingen nog eens op een rijtje te zetten en de balans op te maken: hoe is het restauratieproces van de oude begraafplaats Maria Rust in z’n werk gegaan, wat hebben we ervan geleerd en hoe gaat de werkgroep Maria Rust verder?
Wat voorafging
In 1950 werd de Nieuwe Begraafplaats aan de Dirk van Voorneweg geopend. Op de oude begraafplaats aan de Zeeweg vonden vanaf dat moment alleen nog bijzettingen plaats, in bestaande graven; nieuwe graven werden niet meer uitgegeven. Het aantal begrafenissen op Maria Rust nam af, de aandacht van de jongere generatie verschoof naar de nieuwe begraafplaats: daar lagen ouders en grootouders. Overgrootouders raakten langzaam maar zeker in het vergeetboek.
In de jaren tachtig van de vorige eeuw vatte de gemeente het plan op de begraafplaats in z’n geheel of gedeeltelijk te ruimen ten behoeve van een nieuwe weg, om zodoende de verkeersproblemen in het dorp definitief op te lossen. Dat gebeurde ten slotte toch niet. Naar verluidt omdat er geallieerde militairen begraven liggen.
Erg overtuigd van de waarde van de begraafplaats was de gemeente niet. Nelly de Man-Schipper en Elbert van Soest, die behoorden tot de allereerste leden van de Historische Vereniging Westelijk Voorne, liepen jarenlang allerlei commissievergaderingen af om te pleiten voor het behoud van de plek, maar pas in 2004 werd de begraafplaats op de gemeentelijke monumentenlijst gezet.
In zekerde zin was dat wel degelijk verbazend snel, want nog op 22 mei 2000 hadden Burgemeester en Wethouders per brief laten weten niet op het verzoek van de HVWV in te gaan om de begraafplaats de status van gemeentelijk monument te geven. Ze beriepen zich op het oordeel van Gedeputeerde Staten, die in 1999 hadden uitgelegd waarom de begraafplaats niet voor een plaats op de rijksmonumentenlijst in aanmerking kwam. Burgemeesters en Wethouders citeerden daarbij Gedeputeerde Staten: “De begraafplaats wordt gekenmerkt door een zeer eenvoudige aanleg met voornamelijk rechthoekige perken. De beplanting is niet bijzonder en verleent de begraafplaats weinig meerwaarde. Er zijn nauwelijks vermeldenswaardige of bijzondere graftekens- of monumenten die als object van meer dan lokale betekenis zijn.” Burgemeester en Wethouders hadden kennelijk nooit nagedacht over wat het verschil is tussen rijksmonumenten en gemeentelijke monumenten, die misschien wel per definitie van lokale betekenis zijn…? We hoeven hier niet te memoreren dat de zuster van Louis Couperus er ligt begraven of dat er belangrijke burgemeesters een graf kregen, ja, het gaat zelfs niet om de geallieerde militairen – het héle dorp ligt er. Maar dat deed er blijkbaar niet toe voor de gemeente. |
aanleg' (Tekening Gemeente Rockanje).
Visie
Welbeschouwd lijkt het alsof de gemeente, die de eigenaar en de beheerder van de begraafplaats is, tot 2008 geen visie had op de toekomst van de begraafplaats. Eerst wilde ze het hele zaakje zelfs opdoeken, en toen de begraafplaats eenmaal op de gemeentelijke monumentenlijst stond, besefte de gemeente nog niet dat een monument er is om in stand te houden. Eigenlijk kun je beter zeggen dat de gemeente wel een visie had, maar de verkeerde. Ze zorgde voor het hoogstnoodzakelijke onderhoud van de plek (het moest daar wel netjes blijven), maar niet meer dan dat. De nabestaanden werden nog steeds verantwoordelijk gehouden voor het onderhoud van de graven. In veel gevallen waren er evenwel geen nabestaanden meer of ze hadden de graven van hun familie uit het oog verloren. Tot eind 2006 vond de gemeente dat het redelijk was om kapotte en vervallen grafstenen, wanneer zich geen nabestaanden meldden om het graf op te knappen en de grafrechten te betalen, na twee jaar te vernietigen. Geen wonder dat er hoe langer hoe minder grafstenen op Maria Rust te zien waren. Zo hou je op den duur natuurlijk geen monument meer over.
De gemeente heeft zich als eigenaar van de begraafplaats niet gerealiseerd dat de status van de begraafplaats in 1950 veranderd was en zelfs in 2004 begreep ze niet meteen wat het betekende om iets op de gemeentelijke monumentenlijst te zetten. En dat terwijl er in 1946 al iemand was die begreep dat de begraafplaats zou blijven, maar dat de functie ervan zou veranderen. Zie de Nieuwe Brielsche Courant: ‘In de gemeenteraad van dinsdag 23 juli werd door de burgemeester terloops gezegd dat de begraafplaats in de toekomst als plantsoen zal worden gebruikt en zo ter verfraaiing van de gemeente zal dienen.’
Werkgroep
In 2003 richtten enkele leden van de HVWV de werkgroep Maria Rust op, genoemd naar de naam van de begraafplaats zoals die in de negentiende eeuw een tijdlang luidde. De werkgroep herstelde de oude naam in ere. Ze wilde vooral ernst maken met een beschrijving van de geschiedenis van de begraafplaats én pleitte voor een verantwoord beheer. Nelly de Man-Schipper, Arie Dijkman en ondergetekende zetten er hun schouders onder. Arie legde in 2006 en 2007 met ruim 800 (!) foto’s de staat van de grafmonumenten vast. Dirk Klok en Ditje Huysman gingen met het meetlint aan de slag, zodat Dirk een duidelijke plattegrond van de begraafplaats kon maken. Betsie Booij en Nely Groeneveld maakten van alle graven een systematische beschrijving, om de beginsituatie (en daarmee het verval) in detail te documenteren. Meta Snijders ging intussen het onderzoek doen voor haar artikelen over twee vissers en een verdronken loods die op Maria Rust zijn begraven.
Op verzoek van de werkgroep gaf de gemeente in december 2006 aan landschapsarchitecte Ada Wille de opdracht een beleidsplan te schrijven met een visie op de toekomst van de begraafplaats. Vanaf dat moment heeft de gemeente – met de werkgroep Maria Rust en de HVWV – gekozen voor het standpunt dat de oude begraafplaats, als een van de weinige cultuurhistorische monumenten in het dorp, in stand gehouden dient te worden. Sindsdien is de werkgroep alle denkbare medewerking verleend. In dit verband is er ook een projectgroep in het leven geroepen waarin ambtenaren van de gemeente en vertegenwoordigers van de werkgroep Maria Rust steeds overlegd hebben over de volgende stappen in het restauratieproces. De projectgroep kwam ongeveer vijftien keer bijeen om ontwerp en uitvoering van alle plannen te bespreken. |
(Foto Nelly de Man-Schipper)
Handen uit de mouwen
Ook de werkgroep was namelijk van inzicht veranderd. Wilde die aanvankelijk vooral onderzoek doen naar de geschiedenis van de begraafplaats, later begonnen de werkgroepsleden steeds meer in te zien dat het behoud van de begraafplaats, en daarmee de restauratie van de vervallen grafmonumenten, voorrang moest krijgen.
Op 1 september 2006 ontving de werkgroep de eerste particuliere gift: Arie Beijer bracht per fiets 100 euro, met de vraag of de werkgroep daarvoor het graf van zijn grootouders wilde opknappen. Ook dat spoorde de werkgroepsleden ertoe aan om na te denken over wat ze zelf aan het onderhoud en het behoud van de grafmonumenten konden doen. Cees Barendregt, Nelly de Man-Schipper, Dirk Klok, Piet van de Velde, Jaap Snoeij, Atelma van Strien, Wim van Boeijen, Nelly de Leeuw van Weenen, Tania Plooster en Meta Snijders gaven het antwoord: ze gingen aan de slag met het schoonmaken van de grafstenen, het verven van de letters en het recht zetten van de grafstenen. Andries Hokke en zijn moeder zorgden ervoor dat er meer dan twintig prachtige hortensia’s op de graven werden geplant.
Herman Mantintveld, oud-gemeenteschilder, doet sinds 2011 de moeilijke verfklussen. Sinds 2008 zijn de werkgroepsleden elke zomer een dag in de week op Maria Rust: voor het praktische werk, en voor een praatje met iedereen die langskomt – om informatie over Maria Rust te geven en te krijgen. |
(Foto Nelly de Man-Schipper)
De werkgroep heeft in 2006 overwogen een aparte stichting tot behoud van Maria Rust op te richten. Dat is uiteindelijk niet gebeurd, want HVWV-voorzitter Leen Klootwijk wist de werkgroep onder de paraplu van de vereniging te houden. De HVWV heeft de werkgroep meerdere keren concreet geholpen: ze leende de werkgroep haar rechtspersoon om subsidieaanvragen te kunnen doen, en opende ook een apart bankrekeningnummer voor Maria Rust. Op 8 november 2010 tekenden wethouder Nico Groenewegen en Jan Timmerman als vicevoorzitter van de HVWV de samenwerkingsovereenkomst inzake Maria Rust, om een efficiënte financiële afhandeling van de restauratie mogelijk te maken.
Fondsenwerving
Op 29 november 2007 inventariseerde de werkgroep de problemen per graf: wat moest er zo snel mogelijk gerestaureerd worden? Deze inventarisatie werd opgenomen in het beleidsplan van Ada Wille en in 2008 ging de werkgroep aan de slag met de fondsenwerving om de restauratie van Maria Rust gefinancierd te krijgen. De geraamde uitvoeringskosten van de restauratie van de grafmonumenten en het herstel van paden en beplanting werden begroot op ruim 82.500 euro. Dat was geen verkeerde schatting, want in 2012 bleek dat de complete restauratie (grafstenen en groen) iets meer dan 90.000 euro heeft gekost.
Van verschillende kanten kregen we kritiek te horen op de houding die de gemeente in het verleden heeft aangenomen. Men vond dat de gemeente, als eigenaar (die ooit ook het geld voor de grafrechten had opgestreken), al veel eerder zelf een restauratie had moeten financieren. Misschien is dat zo, maar in elk geval toonde de gemeente in 2008 haar goede wil door 13.612 euro voor de restauratie van de grafstenen toe te zeggen. Uiteindelijk zouden Burgemeesters en Wethouders er zelfs voor zorgen dat de gemeente ruim 40.000 euro aan Maria Rust heeft uitgegeven. De rest is gedoneerd door een achttal stichtingen en fondsen, en een paar bedrijven. Blij waren we ook nog met een Europese subsidie, die evenwel het langst op zich liet wachten en pas in oktober 2010 is toegekend.
In januari 2010 trotseerden de werkgroepsleden sneeuw en ijs en bezorgden ze huis-aan-huis 2600 brieven met informatie over Maria Rust en de vraag of de dorpsbewoners de restauratie financieel wilden steunen. Resultaat: 87 giften, variërend van 3 tot 1.500 euro. Gulle gevers uit Rockanje, maar ook inwoners van Tinte, Oostvoorne en Hellevoetsluis droegen hun steentje bij. Nabestaanden en andere belangstellenden stortten in totaal voor het hele project ruim 5.000 euro.
Website
Wat we in 2003 ook helemaal nog niet doorhadden, was dat de begraafplaats een eigen website hebben moest. Jaap van der Veld zag de noodzaak wel en volgde een cursus over het bouwen van websites. In april 2007 lanceerde hij de nieuwe site op de algemene ledenvergadering van de HVWV: Destijds dacht de werkgroep niet verder dan de publicatie van een boek, maar intussen is gebleken dat de website een fantastisch middel is om anderen te laten zien wat de werkgroep doet en welke informatie er al over Maria Rust is verzameld. Sinds 2007 hebben bijna 8.000 mensen de site bezocht. Ze reageerden op de inhoud en leverden nog meer foto’s, kopieën van rouwkaarten, rouwadvertenties en ander interessant materiaal.
Ook op andere manieren zorgde de werkgroep voor publiciteit: ruim twintig persberichten zijn op belangrijke momenten de deur uitgegaan en hebben geregeld gezorgd voor aandacht in de plaatselijke en regionale pers.
Op 13 september 2008 deed Maria Rust voor de eerste keer mee aan de Open Monumentendag. Jaap van der Veld hield een presentatie over de website (in het baarhuisje en ook in De Duinhuisjes). Er kwamen ongeveer 50 bezoekers, die een rondwandeling maakten over de begraafplaats. Maria Rust doet sindsdien elk jaar mee met de Open Monumentendag en heeft een plaats verworven op de website van Open Monumentendag en op de Monumentenkaart van Voorne In Alle Staten.
Op 1 maart 2011 heeft TV Rijnmond bovendien opnames van de restauratie gemaakt op de begraafplaats.
Steenhouwers In 2007 en 2008 hebben drie bedrijven een offerte uitgebracht voor de restauratie van de grafstenen. De gemeente heeft de klus gegund aan BamBam Restauratiesteenhouwers, het bedrijf van de Leidse steenhouwer Marc de Groot. In 2010 komt alles in een stroomversnelling. In mei begint de gemeente, op voorstel van de werkgroep, aan het afgraven van de schelpenlaag op de paden, die in de loop der jaren te hoog is geworden. Door de hoge paden en de slechte waterafvoer staan er namelijk regelmatig graven onder water. Er worden nu in de paden ook drainagebuizen gelegd. |
houwers (Foto Nelly de Man-Schippers).
Op 23 november zegt de gemeenteraad 45.000 euro toe als investeringskrediet voor de restauratie van Maria Rust en in december gaan de steenhouwers aan het werk. Om te beginnen vervoeren ze ruim dertig kapotte grafstenen naar hun Leidse werkplaats, om die daar te restaureren.
Al op 7 april 2011 vindt de oplevering van het restauratiewerk plaats. Monumentenwacht Leo Bredie, via het Erfgoedhuis in Delft, doet de eindinspectie. De steenhouwers maken daarna nog wat kritiekpuntjes in orde. Iedereen is bijzonder tevreden over de gang van zaken.
Nieuwe beplanting
Begin 2012 wordt vervolgens het groen flink aangepakt. De gemeente heeft geld gereserveerd om de zieke coniferenheg te vervangen door een nieuwe beukenhaag. Zieke en dode bomen worden opgeruimd en alles wordt stevig gesnoeid, met name de taxusbomen achterin.
De gemeente zet vaart achter de nieuwe beplanting en vraagt het kwekersbedrijf Griffioen in Wassenaar een compleet plan (inclusief uitvoering en toekomstig onderhoud) te maken. In het definitieve beplantingsschema worden commentaar en suggesties van de werkgroep verwerkt. Uitvoering van dit plan gaat uiteindelijk 26.698,70 euro kosten. In oktober en november worden de planten erin gezet, na een stevige grondverbetering.
Op 23 november vindt de feestelijke afsluiting plaats van het hele restauratieproject. Wethouder Hans van Lith, namens de gemeente, en ondergetekende, namens de werkgroep, planten de laatste nieuwe boom. Daarna houdt Bert Griffioen in de Stuifakkers een presentatie over opzet en onderhoud van de nieuwe beplanting.
Het is duidelijk dat de werkgroep het vertrouwen van de gemeente heeft gewonnen, want in 2012 doet de gemeente aan de HVWV het voorstel het beheer van de begraafplaats over te nemen. Bestuur en werkgroep waarderen het gebaar, maar bedanken voor de eer omdat ze vinden dat de gemeente als eigenaar van de begraafplaats haar verantwoordelijkheid moet blijven nemen.
Het vervolg
Het geeft de werkgroepsleden een grote voldoening dat ze deze klus samen hebben geklaard (Zie voor een meer gedetailleerd overzicht: De restauratie van Maria Rust van jaar tot jaar). Ze zijn door talloze bezoekers van Maria Rust aangemoedigd en geprezen.
Wat we ervan geleerd hebben? Waar een wil is, is een weg. En het meest dankbare van dit werk is dat veel nabestaanden door de restauratie van de graven en alle aandacht daaromheen hun overleden familieleden een beetje terug hebben gekregen. Oude, ontroerende verhalen gingen weer leven. De werkgroep heeft het gevoel dat ze vaak heeft kunnen helpen om onverwerkt verdriet alsnog een plaats te geven. Maar ook is het prettig om iets aan de instandhouding van zo’n belangrijk historisch monument te kunnen doen. We hopen bovendien met dit resultaat ook anderen te inspireren bij het herstel van oude begraafplaatsen elders op het eiland en in het land.
Vooralsnog blijft de werkgroep bezig met het praktisch onderhoud van de grafmonumenten op Maria Rust. Mensen die mee willen doen, zijn altijd welkom. Maar het ergste en het dringendste werk is gelukkig achter de rug. Daarvoor wil de werkgroep iedereen nog eens bedanken: de harde meewerkers, de gemeente, de gulle gevers, de Stuifakkers, het bestuur van de HVWV, de media, de sponsors – iedereen die op welke manier dan ook interesse heeft getoond in Maria Rust. |
(foto Pieta Geilvoet).
De werkgroep zal zich nu vooral concentreren op het onderzoek van de geschiedenis van dit bijzondere stukje culturele erfgoed. De website gaat verder gevuld worden met de resultaten van de naspeuringen naar diegenen die hun laatste rustplaats vonden aan de Zeeweg. Want het verhaal van het begraven en begraven worden op Maria Rust, is nog lang niet kompleet.